Toevallig zit u net aan uw bakje koffie tijdens de koffiepauze en u denkt “waar komt de koffie eigenlijk vandaan?”. Wat De Koffieboer betreft is dit een super logische vraag. De koffiebonen moeten namelijk een hele reis afleggen voordat ze gemalen in uw machine terecht komen. Koffiebessen groeien aan struiken in landen rond de evenaar op een hoogte van minstens 1300 meter boven de zeespiegel. Dit wordt ook wel de koffiegordel genoemd. Voorbeelden van landen zin de koffiegordel zijn: Colombia, Brazilië, Kenya, India en Vietnam. Waar de koffie groeit, heeft veel invloed op de smaak. Zo smaakt de koffie uit Colombia wijnachtig, Kenya citroenachtig en India kruidig. Dit heeft te maken met de grond, zonuren en de wind. Aan een koffieplant vind je de bloesem, groene onrijpe bessen, half rijpe bessen en rode rijpe bessen. Voor een goede kwaliteit koffie, is het belangrijk dat de bessen worden geplukt wanneer ze rijp zijn. Hiervoor zijn twee methodes: stripping en picking. Bij stripping worden alle bessen in één keer verwijderd. Bessen van mindere kwaliteit of bessen die niet rijp zijn, worden doormiddel van een zeef er tussen uit gehaald. Bij picking worden alleen de rijpe bessen geplukt. Dit gebeurt volledig met de hand. Picking is een arbeidsintensief proces wat veel tijd en mankracht vergt. Deze methode zorgt er wel voor dat alleen de beste bessen worden gebruikt voor de koffie. Na de oogst wordt het vruchtvlees verwijderd. Dit wordt gedaan door de koffiebonen twee á drie weken te drogen. Dit wordt ook wel de droge methode genoemd. Tijdens het drogen worden de koffiebonen regelmatig geschud om teveel fermentatie te voorkomen. Door koffie licht te fermenteren, krijgen deze bonen een unieke smaak die vergelijkbaar is met gedroogd fruit. Deze methode brengt wel veel risico met zich mee. Wanneer de koffie bonen te weinig of net teveel fermentatie doormaken, kan de oogst mislukken. In deel 2 meer!